ANWB: Koplampen te fel, aantal klachten neemt toe

Verlichting van moderne auto’s is te fel. Steeds meer automobilisten hebben er last van. Dat meldt de ANWB na onderzoek met zusterclubs uit Duitsland, Oostenrijk en Zwitserland naar de huidige generatie LED-lampen. Bij één van lampensets was het licht op 20 centimeter afstand zelfs drie keer zo fel als een blik recht in de zon. Volgens onderzoekers niet alleen irritant, maar ook gevaarlijk.

Klachten over verblinding door autoverlichting zijn niet nieuw, schrijven de onderzoekers. Al met de komst van Xenon-licht in de jaren ’90 zeiden mensen dat het helle witte licht verblindend was. Nu, met de komst van nieuwe verlichtingstechnieken zoals LED, ontvangt ANWB veel klachten over verblinding door koplampen, door dagrijverlichting en ook door achterlichten. En het aantal klachten neemt bovendien toe. Dit is reden voor de belangenvereniging om in kaart te brengen welke factoren van invloed zijn op verblinding

Grote invloed op verblinding heeft de opbouw van de koplamp. Bij halogeen- en Xenon-koplampen wordt onder andere gebruikgemaakt van lensprojectorlampen. Door een lichtbron in zo’n reflector te plaatsen, wordt het licht naar voren naar de lens gestuurd. De lens projecteert vervolgens het licht op de rijbaan. Vanwege de warmteontwikkeling en de omvang van de lampen moet de reflector een bepaalde grootte hebben. Ook mag de lens niet te klein zijn.

Drie keer zo fel

Bij LED-systemen vervallen dit soort eisen. Het lichtpunt is klein, er is weinig warmteontwikkeling, de LED straalt recht naar voren en de lens kan vlakbij de LED geplaatst worden. Dit maakt het mogelijk steeds kleinere lampen te ontwikkelen, wat weer bijdraagt aan het zuiniger maken van auto’s. Het effect: een hoge lichtintensiteit en dat verblind sterker. Bovendien is rechtstreeks kijken in de lichtbron mogelijk.

Bij één van de LED systemen hebben de onderzoekers, op een afstand van 20 cm, dimlicht met een verlichtingssterkte van 210.000 Lux gemeten. Dat is ongeveer drie keer zo fel als een blik rechtstreeks in de zon.

Er zijn ook andere factoren die een rol spelen bij verblinding. Het glas van de koplampbehuizing en van de voorruit bijvoorbeeld en eigenlijk ook de veroudering en conditie van het menselijk oog. Ook de overgang bij de licht-donkerscheiding heeft invloed. Hoe abrupter de overgang van licht naar donker hoe ergerde verblinding, gewoonweg omdat het oog minder tijd heeft op het felle licht te reageren.

Flikkeren

Verder zien de onderzoekers dat moderne dagrijverlichting vaak zo ontworpen is, dat het nog zichtbaar moet zijn in vol zonlicht. Bij schemering en in het duister valt volgens hen pas op hoe fel deze dagrijlampen zijn. Feller dan dimlicht.

Ook bleek verlichting van moderne auto’s te flikkeren. Dit wordt veroorzaakt door het dagrijlicht, zagen de onderzoekers. Bij het inschakelen van dimlicht moet het dagrijlicht uit en wordt een stadslicht of markeringslicht bijgeschakeld. Bij de meeste auto’s gaat het dagrijlicht echter niet uit maar wordt het gedimd, tot het niveau van het stadslicht. Maar een LED laat zicht niet zo makkelijk dimmen.

In de regel, zo blijkt uit het onderzoek, worden LED’s om te dimmen heel snel en heel vaak aan-en uitgeschakeld, enige honderden keren per seconde. Een menselijk oog neemt dan minder of gedimd lichtwaar, niet het aan-en uitgaan. Wanneer de frequentie van aan-en uitgaan echter tot honderd keer of minder per seconde daalt, dan zien mensen die daar gevoelig voor zijn een flikkeren van verlichting.

De ANWB keek ook naar het achterlicht. Net als bij dagrijlicht kan ook hier flikkeren optreden. Dat is het geval als het normale achterlicht en het remlicht door dezelfde LED’s geproduceerd worden. Die LED’s worden dan gedimd als er niet geremd wordt.

Remlicht

Het meest felle licht achter, dus de meeste kans op verblinding, zit bij het remlicht. Zeker bij auto’s met een automaat of bij elektrische voertuigen brandt het langdurig. De onderzoekers zien hier bovendien hetzelfde probleem als bij de koplampen: LED’s met een klein lichtuitstraal oppervlak en daardoor hoge luminantie, wat als sterke verblinding ervaren wordt.

De ANWB wil graag aandacht voor het probleem van te felle verlichting en gaat gesprek met fabrikanten, overheid en haar zusterclubs. De belangenvereniging pleit er onder meer voor dat een rechtstreekse blik in de lichtbron niet mogelijk zou moeten zijn. Ook zou de lichtintensiteit van koplampen en knipper-, rem-en achterlichten, wettelijk beperkt moeten worden.

Onderwerpen: , , ,

Auteur: JanPieter Rottier

Reageer ook

Nog maximaal tekens

Log in via een van de volgende social media partners om je reactie achter te laten.

ANWB: Koplampen te fel, aantal klachten neemt toe | TankPro.nl

ANWB: Koplampen te fel, aantal klachten neemt toe

Verlichting van moderne auto’s is te fel. Steeds meer automobilisten hebben er last van. Dat meldt de ANWB na onderzoek met zusterclubs uit Duitsland, Oostenrijk en Zwitserland naar de huidige generatie LED-lampen. Bij één van lampensets was het licht op 20 centimeter afstand zelfs drie keer zo fel als een blik recht in de zon. Volgens onderzoekers niet alleen irritant, maar ook gevaarlijk.

Klachten over verblinding door autoverlichting zijn niet nieuw, schrijven de onderzoekers. Al met de komst van Xenon-licht in de jaren ’90 zeiden mensen dat het helle witte licht verblindend was. Nu, met de komst van nieuwe verlichtingstechnieken zoals LED, ontvangt ANWB veel klachten over verblinding door koplampen, door dagrijverlichting en ook door achterlichten. En het aantal klachten neemt bovendien toe. Dit is reden voor de belangenvereniging om in kaart te brengen welke factoren van invloed zijn op verblinding

Grote invloed op verblinding heeft de opbouw van de koplamp. Bij halogeen- en Xenon-koplampen wordt onder andere gebruikgemaakt van lensprojectorlampen. Door een lichtbron in zo’n reflector te plaatsen, wordt het licht naar voren naar de lens gestuurd. De lens projecteert vervolgens het licht op de rijbaan. Vanwege de warmteontwikkeling en de omvang van de lampen moet de reflector een bepaalde grootte hebben. Ook mag de lens niet te klein zijn.

Drie keer zo fel

Bij LED-systemen vervallen dit soort eisen. Het lichtpunt is klein, er is weinig warmteontwikkeling, de LED straalt recht naar voren en de lens kan vlakbij de LED geplaatst worden. Dit maakt het mogelijk steeds kleinere lampen te ontwikkelen, wat weer bijdraagt aan het zuiniger maken van auto’s. Het effect: een hoge lichtintensiteit en dat verblind sterker. Bovendien is rechtstreeks kijken in de lichtbron mogelijk.

Bij één van de LED systemen hebben de onderzoekers, op een afstand van 20 cm, dimlicht met een verlichtingssterkte van 210.000 Lux gemeten. Dat is ongeveer drie keer zo fel als een blik rechtstreeks in de zon.

Er zijn ook andere factoren die een rol spelen bij verblinding. Het glas van de koplampbehuizing en van de voorruit bijvoorbeeld en eigenlijk ook de veroudering en conditie van het menselijk oog. Ook de overgang bij de licht-donkerscheiding heeft invloed. Hoe abrupter de overgang van licht naar donker hoe ergerde verblinding, gewoonweg omdat het oog minder tijd heeft op het felle licht te reageren.

Flikkeren

Verder zien de onderzoekers dat moderne dagrijverlichting vaak zo ontworpen is, dat het nog zichtbaar moet zijn in vol zonlicht. Bij schemering en in het duister valt volgens hen pas op hoe fel deze dagrijlampen zijn. Feller dan dimlicht.

Ook bleek verlichting van moderne auto’s te flikkeren. Dit wordt veroorzaakt door het dagrijlicht, zagen de onderzoekers. Bij het inschakelen van dimlicht moet het dagrijlicht uit en wordt een stadslicht of markeringslicht bijgeschakeld. Bij de meeste auto’s gaat het dagrijlicht echter niet uit maar wordt het gedimd, tot het niveau van het stadslicht. Maar een LED laat zicht niet zo makkelijk dimmen.

In de regel, zo blijkt uit het onderzoek, worden LED’s om te dimmen heel snel en heel vaak aan-en uitgeschakeld, enige honderden keren per seconde. Een menselijk oog neemt dan minder of gedimd lichtwaar, niet het aan-en uitgaan. Wanneer de frequentie van aan-en uitgaan echter tot honderd keer of minder per seconde daalt, dan zien mensen die daar gevoelig voor zijn een flikkeren van verlichting.

De ANWB keek ook naar het achterlicht. Net als bij dagrijlicht kan ook hier flikkeren optreden. Dat is het geval als het normale achterlicht en het remlicht door dezelfde LED’s geproduceerd worden. Die LED’s worden dan gedimd als er niet geremd wordt.

Remlicht

Het meest felle licht achter, dus de meeste kans op verblinding, zit bij het remlicht. Zeker bij auto’s met een automaat of bij elektrische voertuigen brandt het langdurig. De onderzoekers zien hier bovendien hetzelfde probleem als bij de koplampen: LED’s met een klein lichtuitstraal oppervlak en daardoor hoge luminantie, wat als sterke verblinding ervaren wordt.

De ANWB wil graag aandacht voor het probleem van te felle verlichting en gaat gesprek met fabrikanten, overheid en haar zusterclubs. De belangenvereniging pleit er onder meer voor dat een rechtstreekse blik in de lichtbron niet mogelijk zou moeten zijn. Ook zou de lichtintensiteit van koplampen en knipper-, rem-en achterlichten, wettelijk beperkt moeten worden.

Onderwerpen: , , ,

Auteur: JanPieter Rottier

Reageer ook

Nog maximaal tekens

Log in via een van de volgende social media partners om je reactie achter te laten.