BrandOil maakt van tankshop restaurant in grootste station

Een restaurant. Zo mag je de pompshop bij het nieuwe tankstation van brandstofhandelaar BrandOil wel noemen. De bakkerij en de bijna vijftig zitplaatsen beslaan ongeveer twee derde van de shop. Slechts op een derde van de winkel komen de bezoekers nog schappen met producten tegen. ”Bij een bemand station zoals deze, moet je het in de bakery verdienen”, aldus mede-eigenaar Arjen Sietsma. ”Als je voor een bemande locatie kiest, moet het rendement van je shop maximaal zijn. Anders red je het niet.”

Daarom mikt het station, dat wordt geëxploiteerd onder het eigen BrandOil-merk, niet alleen op het ontbijt en de lunch, maar ook op het avondeten. Zo kunnen klanten er onder meer nasi en bami krijgen en wordt dat assortiment in de nabije toekomst uitgebreid met steeds wisselende avondgerechten. Die maaltijden kunnen ter plekke worden genuttigd, omdat er diverse tafels, krukken en banken aanwezig zijn (zie foto’s onderaan dit artikel voor een impressie).

Maaltijden

”Misschien starten we in de toekomst ook met het afhalen van maaltijden. Maar dat is nog niet zeker.” Wel worden vanaf het station broodjes bezorgd, waarbij vooral wordt gemikt op het omliggende bedrijventerrein. ”Die bedrijven vormen een cruciale factor om succesvol te zijn met een bakkerij, net als de aanwezigheid van veel doorgaand verkeer.”

Qua assortiment zijn ook duidelijke keuzes gemaakt. De multimedia is verdwenen, net als de vergeten boodschappen. Het aanbod van autobenodigdheden is fors gereduceerd. De ruimte die daardoor ontstond, is dus vooral opgevuld door de uitgebreide bakkerij en de zitgelegenheden.

Tankstation

De brandstofhandelaren uit Zutphen bouwden in hun thuisstad hun grootste tankstation tot dusver, waarbij naast de tankshop (220 vierkante meter) ook de luifel in het oog springt. ”Als je een station mag bouwen in je eigen stad, op een terrein van vijfduizend vierkante meter, dan moet je ook iets moois neerzetten”, legt de andere eigenaar Cor Brandsma uit.

”We wilden daarom iets opvallends en hebben een architect daar opdracht voor gegeven. Hij kwam met het ontwerp van een schuin oplopende luifel en dat gaf ons meteen een goed gevoel. We wilden op deze locatie zeker geen standaard luifel, maar juist iets dat in het oog springt.”

Rendement

Een andere opvallende keuze is het achterwege laten van de traditionele kooi, waar het afrekenen normaal gesproken plaatsvindt. ”Als je kiest voor een bemande vestiging, moet je het in de shop verdienen. Daar moet je het maximale rendement halen, anders ga je het niet redden. Daarom willen we de klanten zoveel mogelijk verleiden bij de bakkerij en vinden alle transacties daar plaats.”

Ook klanten die geen shopartikelen kopen, moeten bij de bakery betalen. ”Het is de kunst om ervoor te zorgen dat degenen die alleen maar brandstof afrekenen, niet hoeven te wachten op de klanten die shopproducten kopen”, vertelt Brandsma.

Personeel

”Daarom trainen we het personeel, zodat zij kunnen zien wie er uitsluitend brandstof komt afrekenen. Die klanten kunnen naar een andere kassa worden geleid. Ook kan in deze constructie een medewerker die even niets te doen heeft, helpen bij het maken van een broodje of een bakje koffie, in plaats van wachten tot er een nieuwe klant komt.”

Omdat personeel na negen uur ’s avonds verplicht in een afgesloten ruimte moet blijven, is het station na dat tijdstip gesloten en kan uitsluitend worden betaald bij de buitenpaal. ”Als op een gegeven moment blijkt dat na negen uur toch behoefte is aan shopartikelen, dan kunnen we altijd nog een kooi bouwen. De shop is daar wel op ingericht. Maar het zou ons verbazen als dat nodig is. We zitten vlakbij een bedrijventerrein en daar gebeurt in de late avonduren niet veel meer.”

Zelfbediening

Het nieuwe concept wordt niet zomaar gekopieerd naar andere bemande vestigingen. ”Die zijn in veel gevallen te klein. Maar onderdelen kunnen we wel overnemen in andere locaties. Een andere optie is dat we gaan werken met zelfbedieningsbakery’s. Daarbij bakken wij het brood en verkopen kleine verpakkingen met bijvoorbeeld kaas of jam, die de klant gebruikt om zijn broodje zelf te beleggen.”

Het nieuwe station is een vervanger van de eerste volledig uitgeruste vestiging van BrandOil, die medio jaren tachtig de deuren opende. Door de komst van een nieuwe randweg kwam minder verkeer langs de oude locatie. Ter compensatie kreeg de brandstofhandelaar de mogelijkheid om aan de nieuwe weg een tankstation te bouwen. ”Zo’n kans moet je grijpen. En dat hebben we gedaan”, aldus Sietsma.

Brandstoffen

Het station heeft voor personenauto’s vier pompeilanden met acht opstelplaatsen. Voor vrachtwagens is er één pompeiland met twee opstelplaatsen. Daarnaast zijn er één rollover en drie zelfwasboxen. Op het station worden naast de drie traditionele brandstoffen ook Ad Blue en E10 verkocht.

Aanvankelijk waren er plannen om een laadpaal te gaan exploiteren. Brandsma en Sietsma besloten echter om daarvan af te zien. ”We horen in de markt vaak dat daar weinig mensen op afkomen. Als je één laadbeurt per dag hebt, mag je al blij zijn. Misschien dat we in de toekomst wel een laadpaal neerzetten, maar voorlopig niet”, vertelt Sietsma.

Transitie

”Natuurlijk vindt er op lange termijn een energietransitie plaats. Daar valt niet aan te ontkomen. De fossiele brandstoffen gaan verdwijnen. Maar dat duurt nog wel even. We verwachten dat de komende decennia benzine en diesel nog steeds een belangrijke rol spelen in de mobiliteit.”

Dat BrandOil nieuwe bemande locaties opent, is zeer ongebruikelijk. ”Ik denk dat de laatste keer misschien wel tien jaar geleden is”, aldus Brandsma. De handelaar opende de laatste jaren vooral nieuwe stations van hun eigen onbemande merk Amigo of bouwde bemande stations om naar dat merk.

Onbemand

De opening van de nieuwe vestiging betekent geen koerswijziging volgens beide directeuren. ”Het onbemande segment blijft in de toekomst voor BrandOil zeer belangrijk. Al verwacht ik niet dat we de komende tijd veel bemande stations onbemand gaan maken.”

Naast de merken BrandOil en Amigo, heeft het Gelderse bedrijf ook enkele vestigingen onder Compaan-vlag. Drie jaar geleden werden ruim twintig Compaan-locaties overgenomen en werd begonnen met de omkleuring daarvan. Die operatie is bijna afgerond. De laatste vestigingen gaan dit jaar om, waardoor het merk verdwijnt.

Uitbreiding

Verdere uitbreiding van het aantal stations is zeker een optie, al wordt bescheiden gedacht. ”We stellen voor onszelf geen harde eisen op”, zegt Brandsma. ”BrandOil heeft nu 92 locaties. Als we aan het einde van dit jaar op honderd stations zitten, doen we het heel goed.”

Tom van Gurp

Lees ook: BrandOil stapt af van standaard shopconcept in ‘vlaggenschip’

Auteur: Tom van Gurp

Reageer ook

Nog maximaal tekens

Log in via een van de volgende social media partners om je reactie achter te laten.

BrandOil maakt van tankshop restaurant in grootste station | TankPro.nl

BrandOil maakt van tankshop restaurant in grootste station

Een restaurant. Zo mag je de pompshop bij het nieuwe tankstation van brandstofhandelaar BrandOil wel noemen. De bakkerij en de bijna vijftig zitplaatsen beslaan ongeveer twee derde van de shop. Slechts op een derde van de winkel komen de bezoekers nog schappen met producten tegen. ”Bij een bemand station zoals deze, moet je het in de bakery verdienen”, aldus mede-eigenaar Arjen Sietsma. ”Als je voor een bemande locatie kiest, moet het rendement van je shop maximaal zijn. Anders red je het niet.”

Daarom mikt het station, dat wordt geëxploiteerd onder het eigen BrandOil-merk, niet alleen op het ontbijt en de lunch, maar ook op het avondeten. Zo kunnen klanten er onder meer nasi en bami krijgen en wordt dat assortiment in de nabije toekomst uitgebreid met steeds wisselende avondgerechten. Die maaltijden kunnen ter plekke worden genuttigd, omdat er diverse tafels, krukken en banken aanwezig zijn (zie foto’s onderaan dit artikel voor een impressie).

Maaltijden

”Misschien starten we in de toekomst ook met het afhalen van maaltijden. Maar dat is nog niet zeker.” Wel worden vanaf het station broodjes bezorgd, waarbij vooral wordt gemikt op het omliggende bedrijventerrein. ”Die bedrijven vormen een cruciale factor om succesvol te zijn met een bakkerij, net als de aanwezigheid van veel doorgaand verkeer.”

Qua assortiment zijn ook duidelijke keuzes gemaakt. De multimedia is verdwenen, net als de vergeten boodschappen. Het aanbod van autobenodigdheden is fors gereduceerd. De ruimte die daardoor ontstond, is dus vooral opgevuld door de uitgebreide bakkerij en de zitgelegenheden.

Tankstation

De brandstofhandelaren uit Zutphen bouwden in hun thuisstad hun grootste tankstation tot dusver, waarbij naast de tankshop (220 vierkante meter) ook de luifel in het oog springt. ”Als je een station mag bouwen in je eigen stad, op een terrein van vijfduizend vierkante meter, dan moet je ook iets moois neerzetten”, legt de andere eigenaar Cor Brandsma uit.

”We wilden daarom iets opvallends en hebben een architect daar opdracht voor gegeven. Hij kwam met het ontwerp van een schuin oplopende luifel en dat gaf ons meteen een goed gevoel. We wilden op deze locatie zeker geen standaard luifel, maar juist iets dat in het oog springt.”

Rendement

Een andere opvallende keuze is het achterwege laten van de traditionele kooi, waar het afrekenen normaal gesproken plaatsvindt. ”Als je kiest voor een bemande vestiging, moet je het in de shop verdienen. Daar moet je het maximale rendement halen, anders ga je het niet redden. Daarom willen we de klanten zoveel mogelijk verleiden bij de bakkerij en vinden alle transacties daar plaats.”

Ook klanten die geen shopartikelen kopen, moeten bij de bakery betalen. ”Het is de kunst om ervoor te zorgen dat degenen die alleen maar brandstof afrekenen, niet hoeven te wachten op de klanten die shopproducten kopen”, vertelt Brandsma.

Personeel

”Daarom trainen we het personeel, zodat zij kunnen zien wie er uitsluitend brandstof komt afrekenen. Die klanten kunnen naar een andere kassa worden geleid. Ook kan in deze constructie een medewerker die even niets te doen heeft, helpen bij het maken van een broodje of een bakje koffie, in plaats van wachten tot er een nieuwe klant komt.”

Omdat personeel na negen uur ’s avonds verplicht in een afgesloten ruimte moet blijven, is het station na dat tijdstip gesloten en kan uitsluitend worden betaald bij de buitenpaal. ”Als op een gegeven moment blijkt dat na negen uur toch behoefte is aan shopartikelen, dan kunnen we altijd nog een kooi bouwen. De shop is daar wel op ingericht. Maar het zou ons verbazen als dat nodig is. We zitten vlakbij een bedrijventerrein en daar gebeurt in de late avonduren niet veel meer.”

Zelfbediening

Het nieuwe concept wordt niet zomaar gekopieerd naar andere bemande vestigingen. ”Die zijn in veel gevallen te klein. Maar onderdelen kunnen we wel overnemen in andere locaties. Een andere optie is dat we gaan werken met zelfbedieningsbakery’s. Daarbij bakken wij het brood en verkopen kleine verpakkingen met bijvoorbeeld kaas of jam, die de klant gebruikt om zijn broodje zelf te beleggen.”

Het nieuwe station is een vervanger van de eerste volledig uitgeruste vestiging van BrandOil, die medio jaren tachtig de deuren opende. Door de komst van een nieuwe randweg kwam minder verkeer langs de oude locatie. Ter compensatie kreeg de brandstofhandelaar de mogelijkheid om aan de nieuwe weg een tankstation te bouwen. ”Zo’n kans moet je grijpen. En dat hebben we gedaan”, aldus Sietsma.

Brandstoffen

Het station heeft voor personenauto’s vier pompeilanden met acht opstelplaatsen. Voor vrachtwagens is er één pompeiland met twee opstelplaatsen. Daarnaast zijn er één rollover en drie zelfwasboxen. Op het station worden naast de drie traditionele brandstoffen ook Ad Blue en E10 verkocht.

Aanvankelijk waren er plannen om een laadpaal te gaan exploiteren. Brandsma en Sietsma besloten echter om daarvan af te zien. ”We horen in de markt vaak dat daar weinig mensen op afkomen. Als je één laadbeurt per dag hebt, mag je al blij zijn. Misschien dat we in de toekomst wel een laadpaal neerzetten, maar voorlopig niet”, vertelt Sietsma.

Transitie

”Natuurlijk vindt er op lange termijn een energietransitie plaats. Daar valt niet aan te ontkomen. De fossiele brandstoffen gaan verdwijnen. Maar dat duurt nog wel even. We verwachten dat de komende decennia benzine en diesel nog steeds een belangrijke rol spelen in de mobiliteit.”

Dat BrandOil nieuwe bemande locaties opent, is zeer ongebruikelijk. ”Ik denk dat de laatste keer misschien wel tien jaar geleden is”, aldus Brandsma. De handelaar opende de laatste jaren vooral nieuwe stations van hun eigen onbemande merk Amigo of bouwde bemande stations om naar dat merk.

Onbemand

De opening van de nieuwe vestiging betekent geen koerswijziging volgens beide directeuren. ”Het onbemande segment blijft in de toekomst voor BrandOil zeer belangrijk. Al verwacht ik niet dat we de komende tijd veel bemande stations onbemand gaan maken.”

Naast de merken BrandOil en Amigo, heeft het Gelderse bedrijf ook enkele vestigingen onder Compaan-vlag. Drie jaar geleden werden ruim twintig Compaan-locaties overgenomen en werd begonnen met de omkleuring daarvan. Die operatie is bijna afgerond. De laatste vestigingen gaan dit jaar om, waardoor het merk verdwijnt.

Uitbreiding

Verdere uitbreiding van het aantal stations is zeker een optie, al wordt bescheiden gedacht. ”We stellen voor onszelf geen harde eisen op”, zegt Brandsma. ”BrandOil heeft nu 92 locaties. Als we aan het einde van dit jaar op honderd stations zitten, doen we het heel goed.”

Tom van Gurp

Lees ook: BrandOil stapt af van standaard shopconcept in ‘vlaggenschip’

Auteur: Tom van Gurp

Reageer ook

Nog maximaal tekens

Log in via een van de volgende social media partners om je reactie achter te laten.